- Nederlandse grootbanken zijn druk bezig met intensieve kostenbesparingen.
- Die treffen ook mbk-bedrijven die internationaal zakendoen en via een Nederlandse grootbank een rekening in het buitenland aanhouden.
- Het aanbieden van buitenlandse zakelijke rekeningen is voor grootbanken steeds vaker niet meer rendabel, signaleert Het Financieele Dagblad.
Rabobank is druk bezig het aanbieden van buitenlandse rekeningen voor mkb-bedrijven af te bouwen, zo meldt het Financieele Dagblad.
Daarmee sluit de derde grootbank van Nederland zich volgens de krant aan bij ING en ABN Amro, die daar ook mee bezig zijn.
Het aanbieden van buitenlandse rekeningen voor mkb-bedrijven is voor banken een kostbare bezigheid die steeds vaker niet meer rendabel is.
Grootbanken laten ruimte voor fintechbedrijven
Op het gebied van internationale valutatransacties voor mkb-bedrijven die zaken doen in het buitenland is al langer sprake van toenemende concurrentie tussen grootbanken en opkomende fintechbedrijven.
De fintechbedrijven investeren in nieuwe technologie en proberen klanten van grootbanken over te halen om over te stappen.
Zo haalde het ook in Nederland gevestigde fintechbedrijf iBanFirst afgelopen zomer 21 miljoen euro op in een nieuwe kapitaalronde. Jeroen Hoevers, landenmanager Benelux van iBanFirst, gaf toen tegenover Business Insider aan dat het groeigeld mede gebruikt zou worden voor technologische investeringen die potentiële klanten zouden moeten overhalen om met hen in zee te gaan – ondanks de doorgaans sterke band met grootbanken.
Een andere speler die actief is op deze markt is WorldFirst. Deze internationale betalingsdienstverlener valt onder de Chinese Ant Group en opereert mede vanuit Amsterdam.
Tegenover Business Insider zei Michel Post, directeur van WorldFirst in Nederland, eerder dit jaar dat WorldFirst de focus legt op mkb-bedrijven met een omzet tussen de 0,5 miljoen en 50 miljoen euro, "omdat die door de bank vaak niet optimaal bediend worden".